J.D. van der Tuin, Wateren en waternamen in Noordwest-Overijssel, Kampen 1998
Bij-Linde of Tussen-Linde: de oude benedenloop van de Kuinder tussen Schoterzijl en Slijkenburg.
Tot 1580 mondde de Kuinder vrij in de Linde uit. In dat jaar werd ter plaatse een dam gelegd en de Slijkenburgerzijl gebouwd, die tot 1702 dienst deed, waarna de nieuwe Schoterzijl voor de afwatering zorgde.
Kromme Linde: de benedenloop van de Linde (in feite van de Kuinder; de naamgeving is foutief) van Slijkenburg naar de voormalige Zuiderzee te Kuinre.
Vanaf Slijkenburg stroomafwaarts volgt de Kromme Linde over een lengte van 1.5 km de oorspronkelijke loop, die vanaf dat punt oostwaarts afbuigt en daar als Oude Kuinre bekend staat. De Kromme Linde gaat vanaf dat punt als Kuinderdiep zuidwaarts naar de Zuiderzee. Waarschijnlijk is dit een reeds in de 12e eeuw gegraven, ruim 1 km lange verbinding met de zee waarlangs het dorp Kuinre is ontstaan. In 1743 werd aansluitend op de Kromme Linde een havengeul, het Scheepsdiep gegraven. In de jaren 1842-1843 werd hier een keersluis gebouwd, die als ‘de Sas’ bekend stond. Vanwege de waaierdeuren daarin, werd deze sluis ook wel de Waaijersluis genoemd. In 1928 werd de keersluis omgebouwd tot schutsluis. Na het droogvallen van de Noordoostpolder had deze schutsluis geen functie meer en werd daarom in 1958 gedempt. In 1991 is de sluis opgegraven, hersteld en geschikt gemaakt voor de recreatievaart.
Scheepsdiep: voormalige, ongeveer 1.7 km lange toeleidingsgeul van Kuinre naar zee. De oude haveningang had voortdurend te kampen met verzanding, veroorzaakt door het Wellerzand. Het Scheepsdiep werd daarom in 1743 in westelijke richting naar dieper water gegraven. Een deel van het oude havenhoofd is als monument op het droge bewaard gebleven; het bevindt zich aan de Hopweg in de Noordoostpolder, anderhalve km ten westen van Kuinre.
Links: W.J. Formsma, (1903-1999 ) “Friesche kolonisatie te Kuinre in de 12e eeuw”, in: Saxo-Frisia 2/6 (1940) p. 81-85,kaartje p. 82.
Kaart van Kuinre uit 1865 (Kuyper)